• De GR 20 is ook wel gekend als Fra Li Monti en doorkruist het eiland Corsica diagonaal van noord naar zuid. De route is in totaal 180 km lang met een hoogteverschil van 12.000 meter.
• De route kan opgedeeld worden in twee delen. Het noordelijke deel loopt van Calenzana tot Vizzavona. Het zuidelijke deel reikt van Vizzavona tot Conca. Het noorden wordt beschouwd als het mooiste maar ook het moeilijkste deel, door de vele hoogtemeters en het steile, rotsachtige pad. Het zuidelijke deel is eenvoudiger maar tegelijk ook minder spectaculair. Je kan de GR 20 van noord naar zuid wandelen of omgekeerd.
• De route bestaat uit 16 etappes. Sommige wandelaars bundelen twee etappes, waardoor ze de route op 15 dagen afleggen. Onderweg kom je van alles tegen: rotsen, bergen, groene weides en prachtige natuur.
• De GR 20 staat gekend als één van de zwaarste van alle GR-routes. Wandelervaring in de bergen is vereist. De route omvat flink wat klauterwerk. Soms maak je gebruik van kettingen langs de trails en in het noordelijke stuk ga je over een ladder.
• De wandelroute is aangegeven met de typische GR-markering: de rood-witte streep.
“De GR 20 is een hele pittige wandelroute.”
Lisa Nijs
“Mijn vriend en ik hebben al heel wat dagwandelingen en de GR 15 afgelegd. Dit keer wilden we graag wandelen in het buitenland. We waren op zoek naar een uitdaging – en dat is de GR 20 absoluut!
“Ik wandel vaak en was behoorlijk geoefend. Maar extra voorbereiding kan nooit kwaad, dus drie weken voor vertrek begon ik met dagelijkse spierverstevigende oefeningen. Ik deed 50 squats en lunges ’s ochtends bij het opstaan en 50 ’s avonds voor bedtijd. De GR 20 is een hele pittige wandelroute en heel belastend voor de knieën, dus ik wilde mijn lichaam voorbereiden op wat zou komen.”
“Begin september hebben we de GR 20 van het noorden naar het zuiden gewandeld. Een tocht van 180 kilometer klinkt schappelijk, maar de route bevat gigantisch veel hoogtemeters. Dat maakt het moeilijk. Er is bijvoorbeeld een etappe van 8 kilometer: dat lijkt weinig, maar je klimt wel 1000 meter en daalt 740 meter. Op vlak terrein leg je die afstand in twee uur tijd af, maar op de GR 20 doe je er zes uur over.”
“Het verschil tussen het noorden en het zuiden van Corsica is groot. In het noorden wandel je door droog rotslandschap, terwijl je in het zuiden bossen doorkruist. Het noorden is ook veel zwaarder dan het zuiden. Die eerste etappes moet je heel wat klauteren en spring je regelmatig van de ene rots naar de andere. Het stijgen ging me vlot af, het dalen vond ik uitdagender en soms écht spannend met al die steile stukken.”
“We gingen ’s ochtends altijd vroeg op pad om de hitte voor te zijn. Om 5 uur waren we al uit de veren. We pakten onze tent in, aten een energiereep als ontbijt en vertrokken. Onderweg pauzeerden we regelmatig, om even te zwemmen in een meertje, om een snack te knabbelen of om van het uitzicht te genieten. Meestal kwamen we in de vroege namiddag aan bij de berghut. Dan zetten we op ’t gemak onze tent op en bliezen we uit voor we ’s avonds in de hut mee aan tafel schoven. We hadden zelf ook een kookvuurtje en enkele kampeermaaltijden uit zakjes bij.”
“Een boerderij langs de route verkocht kaas, dus wij namen een stuk mee. De volgende ochtend ontbeten we op een bankje. Een kop koffie en een stuk stokbrood met die kaas. De zon kwam juist op boven de bergen. Dat was een heel mooi moment – en die kaas was superlekker!”
“Ook memorabel zijn de keren dat we tijdens een wandeling verkoeling zochten in een bergmeertje.
Na al dat zweten, stinken en afzien, zetten we onze rugzakken neer, trokken we onze kleren uit en doken we het koele water in. Dat is zo’n belonend moment!”
“Absoluut! We belandden op een bergtop in een hevig onweer met hagel. We waren nog twee kilometer verwijderd van de berghut toen de bliksem insloeg op 50 meter van waar wij stonden. Ons haar stond recht overeind en we voelden de statische elektriciteit zinderen. En toen volgde een oorverdovende donderslag. We hebben gelopen voor ons leven. Ik was zó opgelucht toen ik de hut zag!”
“Tijdens de tweede etappe in het noorden kon ik écht niet meer. Het was ontzettend steil en ik was in paniek. Mijn lichaam wilde niet meer van rots naar rots springen. Nadat ik op adem gekomen was, zijn we toch verdergegaan - heel langzaam. De twee etappes die de dagen nadien op het programma stonden, zouden nóg zwaarder zijn, dus hebben we besloten die over te slaan. We zijn op een bus gestapt en hebben de route daarna terug opgepikt. Ik zag die etappes toen niet zitten… Al vind ik dat nu natuurlijk heel jammer.”
• “Vertrek vanuit het zuiden als je weinig ervaring hebt. Die regio is minder zwaar, zodat je erin kan komen. Als dat te zwaar blijkt, sla je het noorden beter over.”
• “Neem niet te veel bagage mee. Dat is een klassieke beginnersfout. Je zeult al die kilo’s dagenlang mee.”
• “Geniet en kijk rond. Focus niet alleen op waar je je volgende stap gaat zetten. De omgeving is magnifiek!”
• Wandelstokken: “Onmisbaar om je knieën te ontlasten en voor extra stabiliteit, zeker met een zware rugzak.”
• Rugzak: “Onze rugzak van Osprey heeft vooraan een handig opbergsysteem voor wandelstokken. Op de GR 20 moet je regelmatig klimmen op handen en voeten – dan wil je je stokken snel kunnen wegsteken. En op een nauw paadje wil je ook niet steeds je rugzak neerzetten.”
• Pet: “Om je hoofd en gezicht te beschermen tegen de zon.”
• Buff: “Een multifunctioneel accessoire. Overdag droeg ik ‘m op mijn hoofd om zweetdruppels uit mijn ogen te houden. ’s Avonds deed ik ‘m rond mijn nek voor extra warmte.”
• Wandelschoenen: “Dat spreekt voor zich! Ook niet te vergeten: wandelsokken met goede demping. Ik draag altijd wandelsokken met merinowol en heb geen blaren gehad.”
• Drinksysteem: “Ik droeg een waterzak in mijn rugzak en dronk via een slangetje. Zo hoefde ik niet steeds mijn rugzak af te doen om te hydrateren.”
• Donsjas: “Een licht jasje neemt weinig plaats in en is handig want op grote hoogte kan het fris zijn.”
• Regenjas: “Een must om plotse regenbuien te slim af te zijn.”
• Gezelschapsspel: “Mijn vriend had een spelletje mee als verrassing. Heel leuk voor na het wandelen!”
“Het zit meer in je hoofd dan in je conditie.”
Anne-Sophie Samyn
“Ik hou van avontuur en de GR 20 stond al heel lang op mijn bucketlist, want dat is de avontuurlijkste wandeltocht die je in Europa kàn doen!”
“Ik was van plan me grondig voor te bereiden maar dat is er niet van gekomen… Het bevriende koppel waarmee we op pad gingen, was evenmin voorbereid. Mijn man is heel sportief - hij doet triatlons en liep de Marathon des Sables, dus hij was wél goed getraind.”
“De GR 20 is een zware wandeltocht. Wij hadden maar drie dagen tijd en kozen voor de eerste drie etappes van het noorden. Het leek eigenlijk meer op bergbeklimmen dan op wandelen. Ik vond het fysiek goed te doen, het is meer een mentale uitdaging. Het zit eerder in je hoofd dan in je conditie. Je moet echt wilskracht tonen. Er zijn in het noorden niet echt wandelpaden, regelmatig klauter je op handen en voeten. Af en toe had ik hoogtevrees en was ik bang om uit te glijden op de rotsen. Wij hebben het op ons gemak gedaan en waren altijd twee uur langer onderweg dan in de reisgids voorspeld werd. We genoten volop onderweg, namen regelmatig pauze – zo was het goed te doen.”
“We hebben onderweg continu gelachen en gebabbeld. Het was zo fijn om dat samen te beleven, met onze vrienden en met mijn man. De tocht is heavy maar ik zie daar ook de romantiek van in – je overwint die hindernissen samen. Het moet geweldig zijn om het volledige traject te wandelen! Maar ook die drie dagen waren al zalig. Dat was puur avontuur.”
compleet afgezonderd, je hebt amper wifi of gsm-bereik. Je bent aangewezen op jezelf en de natuur. Onze enige focus was wandelen van punt A naar punt B, eten, slapen en terug vertrekken. Heerlijk!”
“Op onze tweede dag werd er regen en storm voorspeld. Met de andere wandelaars in de berghut hadden we de avond voordien overlegd dat we allemaal om 5 uur zouden opstaan om te bekijken of de route haalbaar was – of dat we voor het alternatieve pad moesten kiezen. Maar toen we ’s ochtends vroeg uit ons bed stapten, was het mooi weer, dus net als al die 35 wandelaars gingen we op pad.
Maar toen begon het toch te regenen… We hebben 10 uur lang in de regen gewandeld. En hoe goed je wandelkleding ook is, je koelt op zeker moment toch af. We verlangden zó hard naar de aankomst bij de berghut! En naar een pintje. En naar warm eten. De wandeling was zwaar, we moesten steeds opnieuw stijgen en dalen in de wind en de regen. We hebben er ontzettend lang over gedaan. De andere wandelaars waren jonger en fitter en waren al lang in de hut gearriveerd. Toen wij eindelijk aankwamen, doorweekt tot op ons ondergoed, keek iedereen in de berghut op en begon te applaudisseren
• “GEWOON DOEN! Je kan het volledig traject afleggen als je voldoende tijd hebt, maar anders zijn enkele etappes ook absoluut de moeite.”
• “Goed materiaal is een must! Je materiaal kan je reis maken of kraken.”
• “Reserveer je slaapplaats in de berghutten zo vroeg mogelijk, want de beschikbaarheid is beperkt.”
• Regenjas: “Het weer is wisselvallig in de bergen. Ik droeg een hele degelijke jas van Ayacucho en dat maakte écht een groot verschil.”
• Waterdichte wandelschoenen: “Om droge voeten te houden doorheen je wandeling. Kies voor wandelschoenen uit categorie A mid of B. Al zijn er ook mensen die het op trailrunningschoenen doen…”
• Slaapzak: “Of je nu in de berghut of in een tent slaapt, je moet je eigen slaapzak meenemen.”
• Wandelstokken: “Absoluut onmisbaar op de GR 20.”
• Energierepen: “Wij hadden er véél bij! We aten steeds kleine stukjes om de honger voor te zijn en ons energieniveau op peil te houden. We hadden ook Haribo-snoepjes bij. Als we er even doorheen zaten, hielden we een ‘Haribo-momentje’: dat zijn dan echt kleine gelukjes.”
• Langs de GR 20 staan berghutten die een eenvoudige slaapplek, maaltijden en drinkwater voorzien. In de hut is doorgaans plaats voor 25 tot 50 personen in stapelbedden. Vanwege de beperkte capaciteit is reserveren een must. Van eind mei tot begin oktober zijn de uitbaters in de hut aanwezig. De rest van het jaar zijn de hutten toegankelijk voor wandelaars, maar zijn ze niet bemand en worden er geen maaltijden geserveerd. Reserveer je slaapplaats >
• Op de GR 20 mag je niet wildkamperen. Wie graag in de buitenlucht overnacht, kan slapen in een tent bij de hut. Er zijn tenten te huur of je kan je eigen tent opzetten. Je eigen slaapzak breng je altijd mee, welke slaapplaats je ook kiest.
• Wil je iets meer comfort? Dan heb je op drie plekken langs de GR 20 de mogelijkheid om te overnachten in een hotel of Bed&Breakfast: in Vizzavona, Castel di Vergio en Haut-Asco.
Eind juni of begin september zijn de beste momenten om deze route af te leggen. De berghutten zijn open en het is minder heet dan in juli en augustus.
Van november tot mei ligt er sneeuw op de paden, wat de route minder toegankelijk en een stuk gevaarlijker maakt. De berghutten zijn niet bemand, maar wel open. Je kan er dus terecht om te overnachten, maar je moet zelf eten meenemen. Van februari tot april kan je de GR 20 enkel afleggen als ervaren langlaufer met een gids.
Zowel Lisa als Anne-Sophie wandelden de GR 20 met de reisgids van Cicerone. Daarin staat duidelijk beschreven hoe je moet lopen, welke berghutten je onderweg tegenkomt en waar de waterbronnen zijn om je drinkfles bij te vullen. Voor verschillende etappes wordt een ‘high level’ wandelroute beschreven en een ‘low level’ als makkelijker alternatief.
We zetten de 16 etappes op een rij, van noord naar zuid.