🕒 Leestijd: ongeveer 9 minuten
Ben Rombouts heeft een klein paradijs gecreëerd in Aartselaar. In Bens Bloemplukweide mag iedereen z’n eigen boeket plukken. Of gewoon even uitrusten, picknicken of, in het geval van het jonge volkje, op de trampoline springen. Ben zelf – overdag klusjesman, in z’n vrije tijd florist – ziet het als een passieproject. “Ik doe niets liever dan met mijn handen in de aarde zitten.”
Ergens aan de horizon raast de Boomsesteenweg, maar in de Groenenhoek heerst rust. In deze landelijke uithoek van Aartselaar scheren zwaluwen over de velden en bromt een tractor in de verte. Te midden van die peis en vree ligt een groene oase, gevuld met duizenden bloemen en struiken. Het zoemt er van de biodiversiteit: bijen tollen in het rond en een fazant vliegt verschrikt weg.
Welkom in Bens Bloemplukweide. Het concept is simpel: iedereen kan hier van maart tot november tussen zonsopgang en -ondergang een frisse ruiker komen plukken om zichzelf of iemand anders in de bloemetjes te zetten. De prijslijst hangt tegen een karretje aan de inkom. Voor tien veldbloemen betaal je bijvoorbeeld vijf euro, een halve kilo aardbeien kost je 4,5 euro. Het gepaste geld laat je achter in een collectebus, via Payconiq of op een rekeningnummer. Met andere woorden: alles gebeurt op basis van goed vertrouwen.
“Natuurlijk moet ik daarbij rekenen op de goede wil van de klanten”, zegt Ben Rombouts, de bezieler van het project. “Als je zo’n project start, moet je die controle kunnen loslaten. Eens je jezelf openstelt, worden de mensen vanzelf toegeeflijk.” Ben gaat er filosofisch mee om. “Ik ga ervan uit dat de meeste plukkers het concept respecteren. Al ben ik wel blij dat meer mensen hun weg naar hier beginnen te vinden. Dat creëert sociale controle.”
Want Bens Bloemplukweide is niet enkel een eldorado voor zij die hun keukentafel willen opfleuren met een vaas vol bloemen. Het lapje grond heeft een positieve impact op de hele buurt. Iedereen is welkom. In zeeën van blauw, groen, roze en geel, rijen vol vreugde en bloemenpracht, poseren jonge meisjes die hun profiel op Instagram wat kleur willen geven. Dat het er gezapig toeven is, of je nu plukt of niet, bewijst ook het constante komen en gaan van jonge, picknickende gezinnen. Kinderen van alle leeftijden zijn verzot op de trampoline. Iedereen heeft een glimlach op het gezicht.
Is 38 jaar.
-
Komt uit Loenhout, woont in Antwerpen.
-
Nam samen met zijn broer op jonge leeftijd de amarylliskwekerij van zijn ouders over.
-
Leerde bloemschikken bij de Koninklijke Unie van de Floristen van België (KUFB) en baat naast Bens Bloemplukweide ook Bens Bloemsierkunst uit.
-
Geeft zelf workshops en host die van andere floristen op Bens Bloemplukweide.
-
Wanneer hij niet met bloemen bezig is, werkt hij als klusjesman op een school.
In deze bloemenplukweide staan ruim 150 verschillende soorten vaste planten en een heleboel zaailingen. “Maar ik ben niet goed in namen”, verontschuldigt Ben zich, waarna hij alsnog een resumé geeft van de bloemen waarlangs we wandelen. Lelies, pioenen, korenbloemen, vuurpijlen, flox, campanula, duizendschoon, siergrassen … Noem maar op. Eind juni gaan de dahlia’s bloeien, en de hele zomer blijven er bloemen bloesemen, van papaver over zonnebloemen tot gladiolen. “Ik kies vooral soorten die goed houdbaar zijn in vazen”, verklaart hij. De bloemenperken vormen concentrische cirkels. Verder naar buiten vinden we klein fruit: aardbeien, frambozen, stekelbessen, rode bessen en braambessen.
Bijen zorgen voor de bevruchting. Bij ons bezoek staan er nog maar twee kasten, weldra komen er veertien bij. Afkomstig van een imker uit Schelle die jonge koninginnen kweekt. “Hun nest moet minstens vier kilometer van het hoofdnest staan, anders vliegen ze terug naar huis”, verklaart Ben. “Daarom vroeg die imker me of hij zijn kasten hier mocht zetten. Uiteraard mocht dat, want het komt de omgeving alleen maar ten goede.” Ben houdt van dat soort samenwerkingen die een win-winsituatie opleveren. Binnenkort wil hij ook de honing gaan verkopen.
Alles is ecologisch geteeld op Bens Bloemplukweide. Tegen luizen en rupsen spuit hij enkel met een zelfgemaakt mengsel van rabarberblad, knoflook, kamille en etherische olie. Ook nuttige insecten, zoals lieveheersbeestjes, doen hun duit in het zakje. “Mijn vader raadde me aan om het allemaal dood te spuiten, maar ik ben blij dat ik niet geluisterd heb. Met mijn aanpak moet je de bluts met de buil nemen. Ik vind het ook niet erg als er eens een kromme aardbei tussen zit. Laat de natuur z’n gang maar gaan, het evenwicht zal zich zo wel herstellen.”
De liefde voor bloemen kreeg Ben van thuis mee. Zijn moeder zat elk vrij moment in hun ‘megatuin’ in Loenhout, in de Antwerpse Noorderkempen. Bloemen planten en verplanten, riviertjes aanleggen zodat het water uit de serre zichzelf kon reinigen voordat het in de vijver terecht kwam. “Van haar erfde ik de passie voor bloemen. Regelmatig vroeg ze me om te helpen. Dat vond ik absoluut niet ambetant. Ik ben graag in de hof bezig en doe niets liever dan met mijn handen in de grond zitten. Ook nu nog. Achter een computer moet je mij niet zetten.”
Zijn ouders hadden een amarylliskwekerij en schuimden elk weekend tuinen en bloemenevenementen af. Ben ging mee. “Soms met weinig goesting, maar uiteindelijk verveelde ik me nooit.” Ook nu nog kan hij geen tuin betreden zonder onmiddellijk op te merken welke planten een ‘kom water’ kunnen gebruiken – beroepsmisvorming. Geen wonder dat hij samen met zijn broer op jonge leeftijd het familiebedrijf overnam.
Daarnaast leerde hij bij de Koninklijke Unie van de Floristen van België de kneepjes van het bloemschikken. Ook befaamde floristen als wijlen Stijn Simaeys en Tom De Houwer brachten hem heel wat bij. “Ik steel veel met mijn ogen. Als ik een florist bezig zie, let ik op alle details en sla ik het op. Ik moet het niet zelf gedaan hebben om het te kunnen.” Een gevolg, zo zegt hij, van z’n technische opleiding: hij studeerde metaal en wilde lasser worden. Maakt dat van hem een stoere bolster met een blanke pit? “Bloemen worden inderdaad nog altijd als iets vrouwelijks gezien, maar eigenlijk werken er ook best wel veel mannen in de floristenwereld.”
In 2016 stapt Ben uit het familiebedrijf. Maar het bloed kruipt waar het niet gaan kan. Twee jaar later, in de lente van 2018, koopt hij deze grond in Aartselaar. “De bloemen laten me niet los”, knipoogt hij. Voordien bestond er al een plukweide op deze locatie, maar die was al een tijdje in verval. “Het onkruid stond hier anderhalve meter hoog. Maar met mijn zotte kop ben ik er toch in gesprongen.” Eerste opdracht: met de hand 40.000 tulpen aanplanten. “Een aantal vrienden kwam me een dag helpen, maar de rest heb ik op mijn eentje in de grond gestoken, bolletje per bolletje. Daar ben ik toch een paar weken zoet mee geweest.”
Sinds dit jaar draait Bens Bloemplukweide op toerental. Dat kunnen ook Yasmina en haar dochtertje Neomi uit het naburige Hemiksem smaken. “Ik fietste altijd voorbij op weg naar mijn werk en wilde graag de omgeving beter leren kennen, dus kwam ik eens piepen”, zegt Yasmina, terwijl Neomi naarstig madeliefjes plukt. “Ben is een heel sociale mens en ik apprecieer dat we hier ook gewoon mogen komen zitten en genieten. Soms pluk ik bloemen en springt Neomi op de trampoline.” Ben merkt dat mensen er plezier van hebben zelf hun boeketje samen te stellen. “Je ziet dat ze ervan genieten. En zelfs regelmatige bezoekers doen elke keer nog een nieuwe ontdekking.”
Intussen bewerkt Ben, duidelijk geen eigenaar van een zittend gat, ook een veld in Hoogstraten. “En ik wil nog graag één of twee extra locaties zoeken. Ik denk dat ik op het juiste moment op de juiste boot ben gesprongen. Nu beginnen de mensen te beseffen: hoe lokaler, hoe beter.” Dat zorgt voor best veel werk. In Aartselaar passeert Ben elke dag na de dagtaak – hij heeft een voltijdse job als klusjesman in een school – en de vrijdagen trekt hij uit voor Hoogstraten. “Als je een mooie tuin wilt hebben, dan moet je daar elke dag in bezig zijn”, zegt hij. Alsof een vaste job en het onderhoud van twee plukweides nog niet genoeg is, verbouwt Ben tegelijkertijd z’n huis. “Dat is even op de tanden bijten”, geeft hij toe. “De dagen dat ik voor twaalf uur in mijn bed lig, zijn zeldzaam.”
Gelukkig heeft Ben de energie van een atoombom. En hij bruist van ideeën om van z’n plukweide een nog knusser plekje te maken. Zo denkt hij eraan om twee smoothiefietsen te installeren. Bezoekers kunnen dan eerst zelf aardbeien, frambozen of rode bessen plukken en daarna hun eigen smoothie trappen. Hij wil ook schepijs met aardbeien aanbieden. Of gratis drinkwater aan fietsers – de weide ligt naast een populaire knooppuntenroute doorheen de velden. “De eerste keer komen ze voor het water en de rust, maar de volgende keer misschien voor de bloemen.”
In de zomer wil Ben van zijn bloemenplukweide een tuin van Eden maken. Zeker nu we met z’n allen dichtbij huis dienen te blijven. Een rondje wilgen moet samengebonden voor schaduw zorgen, een pergola met hangschommels en een vuurkorf voor gezelligheid. En Ben hoopt dat een lokale bierbrouwer aan de slag kan met zijn hopbloemen. Hij geeft het toe: soms heeft hij meer ideeën dan tijd om ze allemaal uit te werken. “En dan moet ik nog af en toe tijd maken voor de wederhelft”, lacht hij. “Gelukkig vindt zij het ook plezant en komt ze regelmatig helpen.”
Zelf je bloemen plukken is hip. Een greep uit het aanbod:
West-Vlaanderen
Bij Bloom (Ichtegem) pluk je niet enkel bloemen, je kan er ook een workshop volgen om zelf een pluktuin te beginnen.
Oost-Vlaanderen
Het assortiment van Pluk je dag (Kemzeke) bevat meer dan zestig soorten bloemen, van narcissen, tulpen en gladiolen tot strobloemen, fluitenkruid en papavers. Deze weide werkt met plukabonnementen van vijf, acht of vijftien beurten. Enkele keren per jaar zijn er ook open plukdagen. Ook Het Weiveld in Bloei (Destelbergen), Rijk Bos Bloemen (Zottegem) en De Pluktuin (Nazareth) boeren biologisch en stellen hun bloemenvelden open voor plukkers.
Vlaams-Brabant
Ferm (Zemst) kweekt niet enkel biologische groenten en kruiden, maar ook bloemen. Het bloemenveldje is voortdurend geopend voor vlijtige plukkers. Vlakbij het centrum van Leuven ligt ‘t Plukgeluk (Heverlee), waar je een oogstaandeel kan nemen dat je toelaat om wekelijks een bioboeket te plukken.
Antwerpen
't Coolhof (Putte) focust op culinaire bloemen en kruiden. Hier kan je zelf bloemen plukken of een eetbaar boeket laten samenstellen door de specialisten. De bewoners van Talander (Arendonk), een zorgcentrum voor mensen met een verstandelijke beperking, baten een theehuis uit met een eigen bloemenplukweide. Van juni tot de herfst kunnen plukkers er aan de slag.
Limburg
Heeft voorlopig nog geen initiatieven. Bij Green Greetz kan je wel ecologische veldboeketten bestellen.
We zullen een tijd lang geen verre reizen kunnen maken. Dit geeft dé uitgelezen kans om je thuis op een andere manier te ontdekken!
Mis je vanuit je kot de natuur? Wij hebben 10 weekendhuisjes in de volle natuur voor je geselecteerd.